Mazelenuitbraak in Nederland: Stijging in 2025

Het aantal meldingen van mazelen in Nederland is in 2025 opnieuw gestegen. Tot begin april zijn er meer dan 250 gevallen geregistreerd, het hoogste aantal sinds de uitbraak in 2013-2014. Deze groei wordt deels toegeschreven aan uitbraken op basisscholen in regio’s zoals Amsterdam, Rotterdam-Rijnmond, Haaglanden en Brabant-Zuidoost. Veel besmettingen zijn afkomstig van personen die het virus in het buitenland hebben opgelopen, met name in landen als Marokko en Roemenië, waar momenteel omvangrijke epidemieën gaande zijn.

Vaccinatiegraad en risico’s

Een belangrijke bijdrage aan de verspreiding van mazelen is de dalende vaccinatiegraad in bepaalde delen van Nederland. In sommige wijken ligt deze onder de 60%, terwijl de Wereldgezondheidsorganisatie een vaccinatiegraad van minimaal 95% aanbeveelt om groepsimmuniteit te garanderen. Een lage vaccinatiegraad verhoogt het risico op uitbraken, voornamelijk in gemeenschappen waar ouders om religieuze of andere redenen ervoor kiezen hun kinderen niet te laten vaccineren.

Symptomen en preventie

Mazelen is een uiterst besmettelijke ziekte die begint met symptomen zoals koorts, verkoudheid en hoesten. Hierna volgt een huiduitslag die vaak achter de oren begint en zich over het hele lichaam verspreidt. Complicaties kunnen ernstig zijn, zoals longontsteking en hersenontsteking. Vaccinatie is nog steeds de meest effectieve manier om mazelen te voorkomen. In Nederland wordt het BMR-vaccin (tegen bof, mazelen en rodehond) standaard aangeboden aan kinderen op de leeftijd van 14 maanden en opnieuw wanneer zij 9 jaar oud zijn.

Aanbevelingen

• Ouders wordt aangeraden de vaccinatiestatus van hun kinderen te controleren en gemiste vaccinaties zo snel mogelijk in te halen. 
• Bij tekenen die kunnen wijzen op mazelen, zoals koorts en huiduitslag, is het van belang direct contact op te nemen met de huisarts. Houd het kind thuis om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan.  
• Bij reizen naar gebieden waar actieve mazelenuitbraken plaatsvinden, wordt geadviseerd om kinderen vanaf 6 maanden vervroegd te laten vaccineren.

Conclusie

De recente stijging in het aantal mazeleninfecties benadrukt het belang van vaccineren en alertheid. Door preventief actie te ondernemen en de vaccinatiegraad te verhogen, kunnen we de impact van deze potentieel ernstige ziekte beperken.

Bronnen:
NOS
GGD Amsterdam
RIVM